De werkbreedte is de effectieve breedte waarin een machine, voertuig of werktuig in één werkgang een bewerking kan uitvoeren. Dit begrip is belangrijk bij het inschatten van de capaciteit en efficiëntie van bijvoorbeeld landbouwmachines, veegwagens of veeg-/zuigmachines in de openbare ruimte.
Een grotere werkbreedte betekent dat een machine in minder gangen hetzelfde oppervlak kan behandelen. Dat bespaart tijd, brandstof en manuren. Denk bijvoorbeeld aan een veegmachine met een werkbreedte van 2 meter: die reinigt in één keer een strook van 2 meter breed. Met een werkbreedte van 3 meter wordt de klus sneller geklaard, mits de omgeving (zoals trottoirs of wegen) dit toelaat.
De werkbreedte wordt meestal bepaald door de positie en reikwijdte van borstels, messen of sproeiers. Bij machines met uitschuifbare delen kan de werkbreedte variabel zijn. Goed afgestemde werkbreedte verhoogt dus zowel de productiviteit als de kostenefficiëntie.